Je hoort het vaak: ‘Het zal je maar gebeuren’. Maar wat als jij het bent die ineens verdwijnt? Niet fysiek, maar in je hoofd. In je grip op de wereld. Geen sirene, geen krant die er vol van staat — maar de mist zit tussen je oren. Precies dat gebeurt in een roman uit ’93, die voelt alsof-ie gisteren is geschreven. Geen dikke pil, geen moeilijke woorden, maar wel messcherp. Bodegraven-Reeuwijk kent z’n verdwijnpunten ook — soms in het weiland, soms op de bovenverdieping, achter gesloten deuren. En soms helpt alleen een boek om weer even te snappen hoe het voelt als je verdwalen niet kunt uitleggen.
Dus leg je telefoon neer, en pak dat boek. Niet morgen, Maar Nu.
Eerst: J.Bernlef is een schrijvers-pseudoniem van Hendrik Jan Marsman. Dit ontstond omdat er eerder een schrijver bestond die ook Marsman heet. Maar deze roman, een van de 5 boeken die ik in mijn vakantie gelezen heb, is een voorbeeld om te gaan lezen voor mensen die met dementie in hun mensenkring te maken hebben. Dit boek van een van mijn geliefde schrijvers is Eclips van deze J. Bernlef. Hij schrijft heel naturel, en beschrijft de gebeurtenissen in een verhalende stijl zonder al te veel moeilijke woorden of anglicismen.
Deze veelschrijver blijft heel bekend door zijn bestseller Hersenschimmen uit 1984. Daarin is het onderwerp vergelijkbaar. De hoofdpersoon mist plotseling lichaamsfuncties en kan dan niet meer normaal mee in onze maatschappij. Vaak staan er in én met zo’n ziektepatroon meteen mensen om die behoeftige persoon heen als familie, vrienden en medici van allerlei pleumage.
Maar in dit Eclips, een term uit de aardwetenschappen over de inval van plotselinge duisternis , overkomt Kees, de hoofdpersoon iets waardoor hij niet meer goed kan denken en niet meer goed kan zien. Hij ervaart uitval van functies. Het aparte in dit boek is dat de hoofdpersoon zoek is voor zijn familie en hij niet weet waar hij is. Dit alles wordt alleen door het hoofdpersonage Kees verteld en ervaren.
Zo denk en voel je meer mee hoe en wat Kees meemaakt en denkt mee te maken. Hij blijft meerdere dagen onder de radar en komt bij toeval vooral mensen tegen in een voor hem onbekend landschap uit de rafels van de maatschappij. Eerst is er wanhoop en dan gaat er iets wel weer wat beter. Hij komt aardige en minder aardige mensen en dieren tegen. Zo ga je als lezer meeleven en meedenken. Dat is de kracht van het plot in dit boek. De hoofdpersoon zit plots in een heel kleine en onverdachte leefwereld waar hij steeds iets meer zijn weg in tracht te vinden, en dat gaat zowel goedschiks als kwaadschiks. Het is een boek met 159 blz. Dat willen mensen vaak weten, maar dat heeft geen enkele zijn, omdat de lettergrootte, de ruimte tussen de regels en het formaat van het boek en ook nog de wel of niet aanwezigheid van halfwitte bladzijden aan het slot van een hoofdstuk bestaan.
Daarom, een goed boek leest zomaar weg, want je leeft mee en wil vaak het einde van het verhaal tegenkomen. Daarom. Kies bv. eens voor het lezen van dit boek en je vat sympathie op en doet inlevingsvermogen op als Lezer. Hierin schuilt ook de kracht van deze overzichtelijke roman. Ga het verhaal lezen en je komt vanzelf op de laatste blz. en je hebt weer wat meer begrepen van hoe mensen pech kunnen hebben en toch nog levenslust ervaren. Eclips van J. Bernlef.